In Parijs-Roubaix is de ‘chicane’ bij het Bos van Wallers alweer verdwenen
12 Apr 2025 - NRC
Thijs Niemantsverdriet
Vorig jaar leidde de ‘chicane’ bij het gevaarlijke Bos van Wallers tot controverse. De organisator van Parijsroubaix heeft nu een andere, ‘veilige’ route bedacht: over de ventweg.
Vier haakse bochten. Daarmee wil de organisator van kasseienklassieker Parijs-roubaix, die dit weekend verreden wordt, de gevaarlijkste plek in het toch al behoorlijk gevaarlijke parcours neutraliseren.
Het gaat om secteur nummer 19, op 164 kilometer van de finish: Trouée d’arenberg, beter bekend als het Bos van Wallers. De ingang van het bos is al decennia lang dé plek waar menig renner in de ambulance eindigt met een gebroken sleutelbeen – of erger.
Het peloton komt er aanrijden in een afdaling, 60 kilometer per uur of sneller, waarna de weg versmalt én de allergruwelijkste kasseienstrook van de wedstrijd begint. In een koers waarin iedereen zit te dringen voor een plekje voorin, is dat een garantie voor valpartijen. „Een soort helleput”, noemde oud-renner Koen de Kort de entree van ‘het Bos’ ooit in NRC.
Vorig jaar greep Roubaix-organisator ASO voor het eerst in, op verzoek van rennersvakbond CPA. Aan de rand van het bos werd door middel van dranghekken een ‘chicane’ aangelegd – een kunstmatige bocht van 180 graden waardoor de renners gedwongen werden vaart te minderen.
Dat leidde tot de nodige controverse: zo’n U-bocht, vonden renners en ploegleiders, zou de wedstrijd alleen maar gevaarlijker maken. Of op z’n minst zorgen voor een oneerlijke situatie: ‘voetje aan de grond’ voor wie niet voorin het peloton zit, en daarmee de kans op een goede klassering verkeken. „Is dit een grap?”, twitterde kasseienkoning Mathieu van der Poel een paar dagen voor de koers. Toch leek de ingreep te werken: ernstige incidenten bleven uit, voor het eerst in jaren. (En klager Mathieu van der Poel won.)
In de editie van dit jaar heeft de chicane plaatsgemaakt voor een andere oplossing. Een paar honderd meter voor de entree van het Bos gaan de coureurs links-rechts een ventweg op, langs de oude mijnschacht van Arenberg, om even later rechts-links de kasseienstrook op te draaien. Op die manier worden de renners „op een wat meer vloeiende manier afgeremd”, aldus parcoursbouwer Thierry Gouvenou van ASO.
Koen de Kort, tegenwoordig materiaalmanager bij wielerploeg Lidltrek, vindt de ventweg-route een „iets minder stuntelige oplossing” dan vorig jaar – en goed voor de veiligheid. „De renners komen door die vier haakse bochten nog steeds met veel minder hoge snelheid de kasseienstrook opgereden.”
Risico op vallen bestaat er in de nieuwe opzet nog steeds, zegt De Kort, maar de gevolgen zullen minder dramatisch zijn. En er is nóg een potentieel voordeel: „Als je de kasseien met minder hoge snelheid opdraait, heb je minder kans om lek te rijden.”
***
Nella Parigi-Roubaix, la “chicane” del Bos van Wallers (la foresta di Arenberg) è già scomparsa
12 aprile 2025 - NRC
Thijs Niemantsverdriet
L'anno scorso, la “chicane” nella pericolosa Foresta di Wallers ha suscitato polemiche. Gli organizzatori della Parigi-Roubaix hanno ora proposto un altro percorso “sicuro”: la strada di servizio.
Quattro curve ad angolo retto. In questo modo, gli organizzatori della classica monumento Parigi-Rubaix, che si terrà questo fine settimana, intende neutralizzare il punto più pericoloso di un percorso già abbastanza pericoloso.
Si tratta del settore numero 19, a 164 chilometri dall'arrivo: la Trouée d'Arenberg, meglio conosciuto come Bos van Wallers. Per decenni, l'ingresso del bosco è stato il luogo in cui molti corridori sono finiti in ambulanza con una clavicola rotta, o peggio.
Il gruppo arriva lì in discesa, a 60 chilometri all'ora o più, dopo di che la strada si restringe e inizia il tratto di pavé più estenuante. In una corsa in cui tutti spingono per stare davanti, questo è una garanzia di cadute. "Una specie di inferno”, così l'ex corridore Koen de Kort ha definito l'ingresso di ‘het Bos’ a NRC.
L'anno scorso, la società organizzatrice della Roubaix, la ASO, è intervenuta per la prima volta, su richiesta del sindacato dei corridori (CPA). Ai ridosso della Foresta, è stata creata una “chicane” per mezzo di barriere anti-folla - una curva artificiale di 180 gradi che costringeva i corridori a rallentare.
Ciò ha provocato polemiche: una tale inversione di marcia, secondo i corridori e i direttori sportivi, non avrebbe fatto altro che rendere la corsa più pericolosa. O, per lo meno, avrebbe creato una situazione ingiusta: “calpestare la linea” per coloro che non sono in testa al gruppo, rovinando così ogni possibilità di ottenere un buon posizionamento. “È uno scherzo?”, aveva twittato il re del pavé Mathieu van der Poel qualche giorno prima della corsa. Tuttavia, l'intervento sembra aver funzionato: per la prima volta da anni non si sono verificati incidenti gravi. (E lo stesso Mathieu van der Poel ha poi vinto).
Nell'edizione di quest'anno, la chicane ha lasciato il posto a un'altra soluzione. Poche centinaia di metri prima dell'ingresso del "Bos", i corridori svoltano a sinistra-destra su una strada di servizio, passando davanti al vecchio pozzo minerario di Arenberg, per poi svoltare a destra-sinistra poco dopo sul tratto in pavé. In questo modo, i corridori sono “rallentati in modo più fluido”, ha detto il disegnatore del percorso ASO, Thierry Gouvenou.
Koen de Kort, attuale responsabile dei materiali del team Lidl-Trek, ritiene che il percorso sulla strada di servizio sia una “soluzione un po' meno goffa” rispetto a quella dell'anno scorso, e positiva per la sicurezza. “I corridori entrano comunque nel tratto di pavé a una velocità molto inferiore a causa delle quattro curve ad angolo retto”, ha detto.
Il rischio di caduta esiste ancora con il nuovo assetto, dice De Kort, ma le conseguenze saranno meno drammatiche. E c'è un altro potenziale vantaggio: “Se si gira sul pavé a velocità meno elevata, è meno probabile che forino”.
Commenti
Posta un commento