Van der Poel moet minimaal een jaar wachten op zijn vierde in Vlaanderen


FOTO DARIO BELINGHERI/GETTY IMAGES 
Mathieu van der Poel (links) probeert in het wiel te blijven van Tadej Pogacar.

Tadej Pogacar won zondag voor de tweede keer de Ronde van Vlaanderen, en niet drievoudig winnaar Mathieu van der Poel.

Vier keer ‘Vlaanderens Mooiste’ winnen: genoeg renners die zich erop hebben verkeken

7 Apr 2025 - NRC
Thijs Niemantsverdriet 

OUDENAARDE  -  Het leek zo eenvoudig. Gewoon nog één keertje winnen, en Mathieu van der Poel zou zijn record binnen hebben: vier eindzeges in de Ronde van Vlaanderen – iets wat geen renner eerder lukte in de 112-jarige geschiedenis van de koers. De vorm was er; kwestie van geconcentreerd blijven.

Tot zover de theorie. De praktijk was weerbarstig, moest Van der Poel zondag toegeven. In de tent achter de finish waren de renners al vertrokken, toen hij op zijn dooie akkertje kwam aanwandelen in de zon. Zwarte muts op zijn hoofd, witte gympen aan zijn voeten. Fiets nergens te bekennen.

Derde was hij geworden, na drie zeges en twee tweede plaatsen in de laatste vijf edities van de Ronde. Verslagen door Tadej Pogacar, de beste wielrenner van dit moment, die de finish overkwam met meer dan een minuut voorsprong op zijn achtervolgers. Van der Poel verloor het sprintje om de tweede plek van Mads Pedersen uit Denemarken. Toch was hij blij met zijn plek op het podium, zei hij.

Hij had het zelf gezegd, van tevoren, tegen al die mensen die dachten dat hij dat record wel eventjes zou breken: de Ronde van Vlaanderen laat zich niet zomaar vier keer winnen. Genoeg renners die zich erop hebben verkeken. Tom Boonen, Fabian Cancellara en – in een verder verleden Achiel Buysse en Fiorenzo Magni: machtige coureurs, grote winnaars – en allemaal bleven ze steken op drie. „En men dacht”, zei Van der Poel met een besmuikt lachje, „dat ze wel vijf of zes keer zouden gaan winnen.”

Wat Van der Poel vóór de koers niet zei, maar nu wel: er was een duidelijke reden voor zijn nederlaag. Hij voelde zich al een week niet zo goed. Na zijn zege in de E3 Prijs-Harelbeeke, een kleine anderhalve week geleden, was hij „drie dagen redelijk ziek geweest” en had hij „antibiotica gepakt”. „Daar heb ik wel een paar procentjes verloren.” En dat maakt bij wielrennen het verschil tussen winnen en verliezen. „Ik voelde al eerder in de wedstrijd een paar keer dat ik geen topbenen had.”

En topbenen, die had hij wel nodig gehad om te winnen van Pogacar, zijn grote rivaal. Twee weken geleden klopte Van der Poel hem nog op magistrale wijze in Milaan-Sanremo, de eerste grote klassieker van het jaar.

En dus keek iedere wielerfan al weken uit naar hun tweede duel in dit voorjaar. Slechts één keer eerder troffen Pogacar en hij elkaar op de Vlaamse kasseien, in 2023. Toen won Pogacar.

Sterke Van Aert

De twee renners trakteerden het wielerpubliek zondag op een prachtige Ronde van Vlaanderen. Maar een echt één-op-één duel werd het niet: daar was Van der Poel niet sterk genoeg voor. De finale werd gekleurd door zeker drie andere renners, met de Vlaming Wout van Aert als positieve verrassing. Hij koerste, na een matig en onzeker voorjaar, uitermate sterk en werd vierde.

Pogacar deed, vanaf vijftig kilometer voor de finish, wat hij altijd doet: aanvallen en nog eens aanvallen, net zolang tot al zijn concurrenten afhaken. De eerste versnelling kwam op passage twee (uit drie) van de Oude Kwaremont, de kasseienklim waarop hij twee jaar geleden zijn winnende demarrage plaatste. Eventjes leek het of Van der Poel niet kon volgen. Toch keerde hij met een machtige krachtsexplosie terug in Pogacars wiel.

Daarna vormde zich een kopgroep met alle favorieten: behalve Pogacar en Van der Poel ook Mads Pedersen en – namens de Nederlandse Vismaploeg – Van Aert en de Amerikaan Matteo Jorgenson. In de kilometers die volgden, bleef Pogacar versnelling op versnelling plaatsen: op de Paterberg, de Koppenberg en zelfs op de Mariaborrestraat, een grotendeels vlakke kasseienstrook. Telkens kreeg hij Van der Poel en de rest er niet af.

Bij de derde en laatste doorkomst op de Oude Kwaremont, na een aanval van Van Aert, demarreerde Pogacar voor de zevende keer – en eindelijk kon niemand meer volgen. Ook Van der Poel niet. „Ik voelde al een paar keer eerder dat ik niet goed genoeg was om Pogacar te volgen”, zei hij na afloop.”

Na Pogacars laatste versnelling was de wedstrijd gereden. Het gat dat hij had geslagen op de top van de Oude Kwaremont, werd in de laatste zestien kilometer naar finishplaats Oudenaarde gestaag groter, tot uiteindelijk meer dan een minuut.

Vermoeide Pogacar

In de persconferentie na afloop zei Pogacar dat hij „onbeschrijflijk blij” was met zijn tweede zege in Vlaanderen. In een bedompt zaaltje prees hij één voor één zijn ploeggenoten en zei hij dat de koers „min of meer” volgens plan was verlopen – al was „niet perfect gegaan.” Pogacar zag er voor zijn doen moe uit. De vraag waarom dat zo was, pareerde hij met een grap: „Dank je wel voor het compliment dat ik normaal zo fris oog.”

Bij Mathieu van der Poel, in de tent verderop, ging het al snel over ParijsRoubaix, de koers waarin Pogacar en hij en elkaar volgende week opnieuw treffen. Van der Poel won de NoordFranse kasseienklassieker al twee keer – Pogacar maakt zondag zijn debuut. ‘Roubaix’, zei Van der Poel, is „een heel andere wedstrijd”: ook kasseien, maar dan vlak.

En die historische vierde zege in de Ronde, de koers die zich niet zomaar gewonnen geeft? Tja, zei Van der Poel: „Ik denk dat Pogacar nog de meeste kans maakt om dat record te breken.”

***

FOTO DARIO BELINGHERI/GETTY IMAGES 
Mathieu van der Poel (a sinistra) cerca di rimanere al volante di Tadej Pogacar.

Van der Poel dovrà attendere almeno un anno per il suo quarto Fiandre

Tadej Pogacar ha vinto il Giro delle Fiandre per la seconda volta domenica, non il triplice vincitore Mathieu van der Poel.

Vincere quattro volte la “Vlaanderens Mooiste”: tanti i corridori che ci hanno provato

7 Apr 2025 - NRC
Thijs Niemantsverdriet 

OUDENAARDE - Sembrava così "facile". Bastava un'altra vittoria e Mathieu van der Poel avrebbe avuto in mano il suo record: quattro vittorie al Giro delle Fiandre, cosa mai riuscita a nessun corridore nei 112 anni di storia della corsa. La forma c'era, si trattava solo di restare concentrati.

Alla faccia della teoria. La pratica è stata recalcitrante, ha dovuto ammettere van der Poel domenica. Nel tendone dietro l'arrivo, i corridori erano già andati via, quando lui è arrivato passeggiando sotto il sole. Berretto nero in testa, scarpe da ginnastica bianche ai piedi. La bicicletta non si vedeva.

Era arrivato terzo, dopo tre vittorie e due secondi posti (su 5 partecipazioni, ndr) nelle ultime cinque edizioni della Ronde. Battuto da Tadej Pogacar, il miglior ciclista del momento, che ha tagliato il traguardo con oltre un minuto di vantaggio sugli inseguitori. Van der Poel ha perso lo sprint per il secondo posto a favore del danese Mads Pedersen. Era comunque soddisfatto del suo posto sul podio, ha detto.

Lo aveva detto lui stesso, prima, a tutti quelli che pensavano che avrebbe battuto quel record: il Giro delle Fiandre non si lascia vincere quattro volte così. Tanti i corridori che ci hanno provato. Tom Boonen, Fabian Cancellara e - in un passato più lontano - Achiel Buysse e Fiorenzo Magni: corridori potenti, grandi vincitori - e tutti fermatisi a tre. "E la gente pensava", ha detto van der Poel con una risata beffarda, "che l'avrebbero vinto cinque o sei volte".

Quello che van der Poel non ha detto prima della gara, ma che ha detto dopo, è : c'era una ragione chiara per la sua sconfitta. Non si sentiva bene da una settimana. Dopo la vittoria nell'E3 Prijs-Harelbeeke, poco meno di una settimana e mezza fa, era stato “ragionevolmente malato per tre giorni” e aveva “preso degli antibiotici”. “Ho perso qualche punto percentuale”, ha detto. E nel ciclismo, questo fa la differenza tra vincere e perdere. “All'inizio della gara ho avuto la sensazione di non avere le gambe al massimo”, ha detto.

E le gambe al top gli sarebbero servite per vincere contro Pogacar, il suo grande rivale. Solo quindici giorni fa, van der Poel lo ha battuto magicamente nella Milano-Sanremo, la prima grande classica dell'anno.

Per questo tutti gli appassionati di ciclismo attendevano da settimane il loro secondo duello di questa primavera. Solo una volta Pogacar e van der Poel si erano incontrati sul pavé fiammingo, nel 2023. Allora vinse Pogacar.

Van Aert forte

I due corridori hanno regalato al pubblico del ciclismo un bellissimo Giro delle Fiandre domenica. Ma non è diventato un vero duello uno contro uno: Van der Poel non era abbastanza forte per farlo. Il finale è stato colorato da almeno altri tre corridori, con il fiammingo Wout van Aert come "sorpresa" positiva. Dopo una primavera moderata e incerta, ha corso in maniera estremamente forte e si è piazzato al quarto posto.

A 50 km dall'arrivo, Pogacar ha fatto quello che fa sempre: attaccare e attaccare ancora, fino a quando tutti i suoi avversari non si sono staccati. La prima accelerazione è arrivata al secondo passaggio (su tre) sull'Oude Kwaremont, la salita in pavé su cui (lo sloveno) aveva sferrato l'attacco vincente due anni fa. Per un attimo è sembrato che van der Poel non fosse in grado di seguirlo, ma poi è tornato sulla ruota di Pogacar con una impressionante esplosione di potenza.

Si forma quindi un gruppo di testa con tutti i favoriti: oltre a Pogacar e a van der Poel, anche Mads Pedersen e - per conto del team olandese Visma-Lease a bike - Van Aert e l'americano Matteo Jorgenson. Nei chilometri successivi, Pogacar ha continuato a ingranare la marcia: sul Paterberg, sul Koppenberg e persino sulla Mariaborrestraat, un tratto di pavé in gran parte pianeggiante. Ogni volta non è riuscito a staccare van der Poel e gli altri.

Al terzo e ultimo passaggio sull'Oude Kwaremont, dopo un attacco di Van Aert, Pogacar ha attaccato per la settima volta (l'ottava, ndr) e alla fine nessuno è riuscito a seguirlo. Nemmeno van der Poel. "Ho avvertito più volte che non ero abbastanza forte per seguire Pogacar", ha detto in seguito.

Dopo l'accelerazione finale di Pogacar, la gara è finita. Il divario che aveva creato in cima all'Oude Kwaremont si è ampliato in continuazione negli ultimi 16 chilometri fino al traguardo di Oudenaarde, fino a superare il minuto.

Pogacar stanco

Nella conferenza stampa post-gara, Pogacar ha dichiarato di essere “indescrivibilmente felice” per la sua seconda vittoria al Fiandre. In una sala stampa soffocante, ha elogiato i suoi compagni di squadra uno per uno e ha detto che la gara era andata “più o meno” secondo i piani, anche se “non era andata perfettamente”. Pogacar sembrava stanco per lo sforzo. Quando gli è stato chiesto il perché, ha risposto con una battuta: “Grazie per il complimento che normalmente mi fa sembrare così fresco”.

A casa di Mathieu van der Poel, nel tendone in fondo alla strada, si è parlato subito della Parigi-Roubaix, la corsa in cui Pogacar e lui si incontreranno di nuovo la prossima settimana. Van der Poel ha già vinto due volte la classica del pavé del nord della Francia, mentre Pogacar farà il suo debutto domenica. La Roubaix”, ha detto van der Poel, è ‘una corsa completamente diversa’: anch'essa in pavé, ma in pianura.

E la storica quarta vittoria alla Ronde, la corsa che non si arrende facilmente? Beh, ha detto van der Poel: “Penso che Pogacar sia ancora il più probabile per battere quel record”.

Commenti

Post popolari in questo blog

Dalla periferia del continente al Grand Continent

Chi sono Augusto e Giorgio Perfetti, i fratelli nella Top 10 dei più ricchi d’Italia?

I 100 cattivi del calcio