Leo Beenhakker (82) overleden

https://www.ajax.nl/artikelen/voormalig-ajacied-leo-beenhakker-82-overleden

Ajax heeft donderdag met verdriet en verslagenheid kennisgenomen van het overlijden van Leo Beenhakker. De Rotterdammer was twee periodes hoofdtrainer van Ajax en combineerde in 1990 het hoofdtrainerschap kort met een baan als bondscoach. Later was Beenhakker nog een periode technisch directeur in de ArenA. Beenhakker behoort onmiskenbaar tot de kleurrijkste, maar ook succesvolste Nederlandse oefenmeesters. Leo Beenhakker is 82 jaar geworden. 

Datum: 10.04.2025
Fotograaf: AFC Ajax


Beenhakker was zelf nooit profvoetballer. Hij begon zijn loopbaan als trainer bij de amateurs van SV Epe. Twee seizoenen later volgde een transfer binnen de provinciegrenzen en trad Beenhakker als assistent in dienst bij profclub Go Ahead Eagles. Vervolgens stond hij bij een flink aantal Nederlandse clubs aan het roer als hoofdcoach: Veendam, Cambuur, opnieuw Go Ahead Eagles en Ajax. Tussendoor was de Rotterdammer als jeugdtrainer actief bij Feyenoord.

Eerste periode bij Ajax 

In zijn eerste periode bij Ajax vierde hij één landstitel met de Amsterdammers. Dat was in het seizoen 1979/1980. Beenhakker werd een kleine drie weken na de start van dat seizoen al naar voren geschoven als opvolger van de ontslagen Cor Brom. Eerder hield de interim-trainer zich nog bezig met jeugdspelers van Ajax. Het werd een succesvol seizoen. Met sterkhouders als Ruud Krol, doelman Piet Schrijvers, Sören Lerby, Dick Schoenaker en stilist Simon Tahamata bleef Ajax titelconcurrent AZ’67 uiteindelijk voor. Er lonkte in 1980 zelfs een dubbel, maar de bekerfinale ging verloren tegen Feyenoord. 

In 1989 keerde Beenhakker als hoofdtrainer terug in De Meer. In een seizoen dat deels werd overschaduwd door het staafincident leidde Beenhakker Ajax in 1989/1990 opnieuw naar het kampioenschap. Ook een seizoen later waren de Ajacieden dicht bij de titel. De Amsterdammers werden in 1991 nipt, op doelgemiddelde, afgetroefd door kampioen PSV. Beenhakker vierde nieuwe successen in zijn derde termijn in Amsterdam, dit keer als technisch directeur. In het seizoen 2001/2002 won Ajax de dubbel.   





Naast de sportieve successen is Beenhakkers naam voor altijd verbonden aan een moment met Johan Cruijff. Tijdens de thuiswedstrijd tegen FC Twente in 1980 verruilde Cruijff uit ergernis over het spel van Ajax zijn plek op de tribune voor de dug-out van Ajax. Daar nam de beste Ajacied ooit plaats naast de toen nog jonge Beenhakker om te vertellen wat beter moest. Het leverde bijzondere beelden op. "Dat was geen gelukkige actie van hem", vertelde Beenhakker later bij de NOS, rond het overlijden van Cruijff. "Dat gaf hij naderhand ook toe, al was dat niet makkelijk voor hem. Hij was op dat moment officieus door de toenmalige voorzitter van Ajax, Ton Harmsen, benoemd als adviseur. Maar meer richting het bestuur, had ik toen begrepen."




“Zijn enige reactie toen hij beneden erbij kwam zitten, was dat ik Tscheu-la Ling eruit moest halen. Nu heb ik een voorliefde voor momentenvoetballers. Tscheu was een speler die een uur lang niet mee kon doen, maar als hij het op zijn heupen kreeg, kon hij een wedstrijd voor je winnen. Dat deed hij in die wedstrijd. Op het moment dat Johan bij mij kwam, stonden we met 1-3 achter, uiteindelijk wonnen we met 5-3. Tscheu had een assist en gooide er ook nog even twee in. Johan mocht van mij alle eer hebben van dat ene moment. Er staan weleens twee haantjes tegenover elkaar in het voetbal. Maar het heeft verder geen invloed gehad op onze relatie.” 

Patatgeneratie

In zijn tweede periode bij Ajax introduceerde Beenhakker de term ‘De Patatgeneratie’, waarmee hij in zijn ogen gemakzuchtige, maar talentvolle voetballers als de broertjes De Boer, Richard Witschge, Marciano Vink en Bryan Roy aanduidde. Ajax TV maakte eind 2018 een documentaire over De Patatgeneratie en het Ajax-seizoen 1989/1990. Daarin zei Beenhakker onder meer: ‘’Op een gegeven moment waren ze een keer bij de FEBO gaan staan, hadden een kroketje uit de muur gehaald en is er een prachtige foto gemaakt. Daar hebben we met elkaar vreselijk om moeten lachen.’’ Het voorval tekende de verstandhouding tussen trainer en zijn talenten. 

Meer spelers uit 1989/1990 roemden in diezelfde documentaire de menselijke kant van Beenhakker als trainer. Naast de jonkies kon Beenhakker ook rekenen op respect van de ervarener Ajacieden, de sterkhouders. "Een echt mensenmens. Altijd geïnteresseerd in je”, omschreef Danny Blind hem. “Hij kon een groep vreselijk motiveren. Een heel menselijke man, die ook begrip had voor zaken buiten het voetbal”, koesterde ook aanvoerder Jan Wouters goede herinneringen aan de toenmalige Ajax-coach.

Uiteindelijk werd Beenhakker met die jonge jongens, aangevuld met de ervaren krachten als Wouters en Blind maar ook John van ’t Schip en Stanley Menzo landskampioen in 1990. “We hebben er veel energie in moeten stoppen, maar dat hoort ook zo. Daar zijn wij als technische staf voor”, vertelde de Rotterdammer daarover. 




Triple bij Real Madrid 

Vroeg in het seizoen 1991/1992 verruilde Beenhakker Ajax voor een tweede dienstverband bij Real Madrid. Eerder, in de jaren tachtig was hij al succesvol hoofdcoach geweest van de Koninklijke. Tussen 1986 en 1989 slaagde hij erin Real Madrid drie keer op rij landskampioen te maken. In 1999 loodste de Rotterdammer ook zijn jeugdliefde Feyenoord naar de landstitel. Met drie Eredivisie-titels en drie Spaanse landstitels behoort Beenhakker tot de succesvolste Nederlandse trainers in de historie. 

Niet lang daarna werd ‘Don Leo’ - een bijnaam die hij dankte aan zijn Spaanse periodes - in 2000 opnieuw aangesteld bij Ajax. Ditmaal als technisch directeur. Hij haalde in zijn termijn van drie seizoenen spelers als Zlatan Ibrahimovic, Maxwell, Hatem Trabelsi en Mido naar Ajax. Beenhakker bewees zich deze periode opnieuw als peoples manager. In de officiële Ajax Podcast over de Amsterdamse periode van Ibrahimovic vertelde toenmalig spelersbegeleider Priscilla Janssen over de onderlinge band tussen Ibrahimovic en Beenhakker. “Zlatan had heel veel respect voor Beenhakker, hij was zelfs een beetje bang voor hem. In de contractonderhandelingen heeft Leo hem apart genomen en gezegd: ‘If you're going to fuck with me, I’m going to fuck with you and kick your ass’. Zlatan noemde hem altijd Scarface. Hij was bang voor hem in de zin van dat hij respect had. Als er iets aan de hand was, werd er voor de grap gezegd: ‘Voorzichtig, ik ga Leo bellen’. Dan zei hij: ‘Oh nee, niet Scarface’.”

In gesprek met Ajax TV sprak Zlatan ook zijn dankbaarheid uit richting Beenhakker.


Over zijn laatste Ajax-periode bestaan meerdere schitterende anekdotes. Toen hij aan het begin van het millennium in de ArenA ging werken, hing hij op zijn kantoor een foto op waarop hij zelf het kampioenschap van Feyenoord in 1999 vierde op de Coolsingel. “Cristian Chivu, die toen aanvoerder was van Ajax, kwam binnen en ging uit zijn dak: ‘Dat kunt u niet maken!’ Ik zei tegen hem: ‘Als jullie kampioen worden, dan haal ik hem weg’’’, liet Beenhakker optekenen in het voetbalblad Santos. “Toen ze kampioen werden, kwam hij de maandag erop gelijk naar boven, die bijgoochem. Hij stak zijn kop om de deur, wilde zijn bekkie al opentrekken, maar daar hing hij al: een foto van Chivu met de schaal. Hij wist niet wat-ie moest zeggen.”

In de zomer van 2003 vertrok Beenhakker om persoonlijke redenen bij Ajax. Hij werd vlak daarna aangesteld als coach bij het Mexicaanse Club América, de club die hij in het seizoen 1994/1995 al had gediend diende.

Wereldburger 

Beenhakker kon een ware wereldburger worden genoemd. Naast twee periodes bij Real Madrid was hij ook eindverantwoordelijke bij Real Zaragoza, Grasshopper Zürich en Istanbulspor. In eigen land profiteerden naast Ajax ook clubs als Feyenoord, FC Volendam en Vitesse van zijn (mensen)kennis, kunde én uitstraling. In 2017 vertolkte de geboren Rotterdammer een adviseursfunctie bij Sparta Rotterdam, de club waar hij eerder anderhalf seizoen directeur spelersbeleid was. Van een officiële benoeming in het bestuur zag hij later af. Na 2018 trok het voetbaldier zich terug uit de voetballerij en kwam hij, op eigen verzoek, niet veel meer in de publiciteit. 



Beenhakker sprak de voetbaltaal. De Rotterdammer werkte dan ook moeiteloos bij zowel Ajax als Feyenoord. “Feyenoord is er met de paplepel ingegoten, maar mijn drijfveer was: een groep coachen, spelers beter maken. Ik heb ook een emotionele binding met Ajax. Dat durf ik rustig te zeggen. Ik heb er drie periodes fantastisch gewerkt, ben er ook een keer vervelend weggegaan. Maar het is een geweldige club. Zeker toen Ajax in De Meer speelde, met het publiek in de nek. Tscheu-la Ling die in het hoekje ging goochelen en de hele Jack Reynolds-tribune die uit zijn dak ging; gewéldig. Geeft me ook een heel warm gevoel als ik daaraan denk. En als dat gek is, dan ben ik maar gek.”

Bondscoach 

Beenhakker was in zijn lange carrière ook enkele malen bondscoach. Zo zwaaide hij de scepter bij het Nederlands elftal (in 1985 en op het WK in 1990), Saoedi-Arabië (1993/1994), Trinidad en Tobago (2005-2006) en Polen (2006-2009). Hij kwam met drie verschillende landen op twee WK’s en een EK in actie, maar de coach won nooit een wedstrijd op een eindronde. 

Dat laatste vormt een schril contrast met de successen die hij vooral vierde als clubcoach. Beenhakker was een trainersicoon en ook als Ajacied een unieke verschijning. 

Ajax wenst de nabestaanden van Leo Beenhakker heel veel sterkte met dit verlies.

***

È morto Leo Beenhakker (82 anni)

Giovedì 10 aprile l'Ajax ha appreso con tristezza e sconforto la notizia della morte di Leo Beenhakker. 
Il nativo di Rotterdam è stato capo allenatore dell'Ajax per due periodi e ha combinato per un breve periodo l'attività di capo allenatore con quella di allenatore della nazionale nel 1990. 
In seguito, Beenhakker è stato direttore tecnico alla Amsterdam ArenA per un altro periodo. 
Beenhakker è stato uno degli allenatori olandesi più coloriti e di successo. Aveva 82 anni. 

Data: 10.04.2025
Fotografo: AFC Ajax

Beenhakker non è mai stato un calciatore professionista. Iniziò la sua carriera come allenatore nei dilettanti dell'Epe. Due stagioni dopo si trasferì all'interno dei confini provinciali e Beenhakker si unì al club professionistico Go Ahead Eagles come assistente. In seguito è stato alla guida di un buon numero di club olandesi come capo allenatore: Veendam, Cambuur, ancora Go Ahead Eagles e Ajax. Nel frattempo, il nativo di Rotterdam è stato attivo come allenatore delle giovanili del Feyenoord.

Primo periodo con l'Ajax 

Nel suo primo periodo all'Ajax, ha festeggiato un titolo nazionale. Era la stagione 1979/1980. Beenhakker fu proposto come successore dell'esonerato Cor Brom poco meno di tre settimane dopo l'inizio della stagione. In precedenza, il prossimo allenatore ad interim della prima squadra era ancora alle prese con le giovanili. Fu una stagione di successo. Con giocatori di spicco come Ruud Krol, il portiere Piet Schrijvers, Sören Lerby, Dick Schoenaker e lo stilista Simon Tahamata, l'Ajax riuscì a superare la rivale per il titolo, l'AZ '67. Nel 1980 si profilava addirittura il Dubbel, ma la finale di coppa fu persa contro il Feyenoord. 

Nel 1989 Beenhakker tornò al De Meer come allenatore capo. In una stagione in parte oscurata dall'incidente del bar, Beenhakker condusse nuovamente l'Ajax al campionato nel 1989/1990. I giocatori dell'Ajax sfiorarono il titolo anche la stagione successiva. Nel 1991 gli Amsterdammers furono battuti di stretta misura, per media gol, dai campioni del PSV. Beenhakker festeggia nuovi successi nel suo terzo mandato ad Amsterdam, questa volta come direttore tecnico. Nella stagione 2001/2002, l'Ajax ha conquistato il double.   

Al di là dei successi sportivi, il nome di Beenhakker è legato per sempre a un momento con Johan Cruijff. Durante la partita casalinga contro l'FC Twente nel 1980, Cruijff scambiò il suo posto in tribuna con la panchina dell'Ajax, infastidito dal gioco dell'Ajax. Lì, il miglior giocatore dell'Ajax di sempre si sedette accanto all'allora ancora giovane Beenhakker per dirgli cosa doveva essere migliorato. Ne uscì un filmato straordinario. “Non fu un'azione felice da parte sua”, disse Beenhakker a NOS più tardi, all'epoca della morte di Cruijff. "Lo ha ammesso in seguito, anche se non è stato facile per lui. All'epoca era stato nominato ufficiosamente come consigliere dall'allora presidente dell'Ajax, Ton Harmsen. Ma più che altro verso il consiglio di amministrazione, mi sembrava di capire all'epoca".

"La sua unica reazione quando ci ha raggiunto al piano di sotto è stata che io facessi fuori Tscheu-la Ling. Ora ho una predilezione per i calciatori del momento. Tscheu era un giocatore che non poteva competere per un'ora, ma quando si metteva sui fianchi poteva farti vincere una partita. Lo ha fatto in quella partita. Quando Johan è venuto da me, eravamo in svantaggio per 1-3 e alla fine abbiamo vinto 5-3. Tscheu ha fatto un assist e ha tirato un calcio d'angolo. Tscheu ha fatto un assist e ne ha fatti due. Johan si è preso tutto il merito di quel momento. A volte nel calcio ci sono due rivali. Ma non ha avuto ulteriori ripercussioni sul nostro rapporto". 

Generazione Patatine

Nel suo secondo mandato all'Ajax, Beenhakker introdusse il termine “Generazione Patat”, con cui si riferiva a quelli che considerava calciatori pigri ma di talento come i fratelli De Boer, Richard Witschge, Marciano Vink e Bryan Roy. Alla fine del 2018 Ajax TV ha realizzato un documentario sulla Generazione Pat e sulla stagione 1989/1990 dell'Ajax. In esso, Beenhakker ha detto, tra le altre cose: "A un certo punto, una volta si sono trovati al FEBO, hanno preso una crocchetta dal muro e si sono fatti una bella foto. Ci siamo fatti tutti una grossa risata". L'incidente ha segnato il rapporto tra l'allenatore e i suoi talenti. 

Altri giocatori del 1989/1990 hanno elogiato il lato umano di Beenhakker come allenatore nello stesso documentario. Oltre ai giovani, Beenhakker poteva contare anche sul rispetto degli ajaciani più esperti, i giocatori titolari. "È una persona vera. Sempre interessato a te", lo descrive Danny Blind. "Sapeva motivare terribilmente un gruppo. Un uomo molto umano, che capiva anche le cose al di fuori del calcio", ha detto il capitano Jan Wouters, che ha un bel ricordo dell'allora allenatore dell'Ajax.

Alla fine, Beenhakker e quei giovani ragazzi, integrati da forze esperte come Wouters e Blind, ma anche John van 't Schip e Stanley Menzo, divennero campioni nazionali nel 1990. "Abbiamo dovuto mettere in campo molte energie, ma è così che deve essere. È per questo che siamo lì come staff tecnico", ha detto il nativo di Rotterdam. 

Triplo incarico al Real Madrid 

All'inizio della stagione 1991/1992, Beenhakker ha lasciato l'Ajax per un secondo incarico al Real Madrid. In precedenza, negli anni '80, era già stato un allenatore di successo del Real. Tra il 1986 e il 1989, riuscì a far diventare il Real Madrid campione nazionale per tre volte di fila. Nel 1999, il nativo di Rotterdam ha anche guidato il suo amore d'infanzia Feyenoord al titolo nazionale. Con tre titoli della Eredivisie e tre del campionato spagnolo, Beenhakker è uno degli allenatori olandesi di maggior successo nella storia

Non molto tempo dopo, “Don Leo” - soprannome dovuto ai suoi trascorsi spagnoli - fu riconfermato all'Ajax nel 2000. Questa volta come direttore tecnico. In tre stagioni, portò all'Ajax giocatori come Zlatan Ibrahimovic, Maxwell, Hatem Trabelsi e Mido. Anche in questa stagione Beenhakker ha dimostrato di essere un manager di livello. Nel Podcast ufficiale dell'Ajax sul periodo di Ibrahimovic ad Amsterdam, l'allora allenatore dei giocatori Priscilla Janssen ha parlato del legame reciproco tra Ibrahimovic e Beenhakker. "Zlatan aveva molto rispetto per Beenhakker, ne aveva anche un po' paura. Durante le trattative per il contratto, Leo lo prese da parte e gli disse: ‘Se tu mi rompi le palle, io le rompo a te e ti prendo a calci in culo’. Zlatan lo chiamava Scarface. Aveva paura di lui, nel senso che aveva rispetto. Se succedeva qualcosa, gli dicevano scherzosamente: “Attento, chiamo Leo”. E lui diceva: ‘Oh no, non Scarface’".

Parlando con Ajax TV, Zlatan ha anche espresso la sua gratitudine nei confronti di Beenhakker.

Ci sono diversi aneddoti brillanti sul suo ultimo periodo all'Ajax. Quando andò a lavorare all'ArenA all'inizio del millennio, appese nel suo ufficio una foto che lo ritraeva mentre festeggiava il campionato del Feyenoord del 1999 sul Coolsingel. "Cristian Chivu, che all'epoca era capitano dell'Ajax, entrò e diede di matto: 'Non puoi fare una cosa del genere! Gli dissi: ‘Se diventate campioni, lo porto via’", ha raccontato Beenhakker alla rivista calcistica Santos. "Quando sono diventati campioni, il lunedì successivo è arrivato subito, con quel gozzoviglio laterale. Ha messo la testa fuori dalla porta, voleva aprire la bocca, ma era lì: una foto di Chivu con la coppa. Non sapeva cosa dire".

Nell'estate del 2003 Beenhakker lasciò l'Ajax per motivi personali. Poco dopo è stato nominato allenatore del Club América, società messicana in cui aveva già militato nella stagione 1994/1995.

Cittadino del mondo 

Beenhakker può essere definito un vero cittadino del mondo. Oltre ai due periodi al Real Madrid, è stato anche responsabile del Real Saragozza, del Grasshopper Zurigo e dell'Istanbulspor. A livello nazionale, oltre all'Ajax, anche club come Feyenoord, FC Volendam e Vitesse hanno beneficiato delle sue conoscenze, capacità e carisma. Nel 2017, il nativo di Rotterdam ha ricoperto un incarico di consulenza presso lo Sparta Rotterdam, club in cui è stato precedentemente direttore della politica dei giocatori per una stagione e mezza. In seguito ha rinunciato a una nomina ufficiale nel consiglio di amministrazione. Dopo il 2018, l'animale da calcio si è ritirato dal calcio e, su sua richiesta, non è più apparso in pubblicità. 

Beenhakker parlava la lingua del calcio. Di conseguenza, il nativo di Rotterdam ha lavorato senza problemi sia all'Ajax che al Feyenoord. "Il Feyenoord mi è stato inculcato, ma la mia motivazione era: allenare un gruppo, migliorare i giocatori. Ho anche un legame emotivo con l'Ajax. Mi permetto di dirlo con calma. Ho lavorato lì in modo fantastico per tre periodi, una volta me ne sono anche andato in malo modo. Ma è un grande club. Soprattutto quando l'Ajax giocava al De Meer, con il pubblico che gli stava col fiato sul collo. Tscheu-la Ling che si destreggiava nell'angolo e l'intera tribuna Jack Reynolds che si scatenava; meraviglioso. Mi dà anche una sensazione di calore quando ci penso. E se questo è da pazzi, allora sono proprio pazzo".

Anche Ct della nazionale 

Beenhakker è stato anche allenatore della nazionale più volte nella sua lunga carriera. Ad esempio, ha brandito lo scettro con la nazionale olandese (nel 1985 e ai Mondiali del 1990), con l'Arabia Saudita (1993/1994), con Trinidad e Tobago (2005-2006) e con la Polonia (2006-2009). Con tre diversi Paesi ha partecipato a due Coppe del Mondo e a un Campionato Europeo, ma l'allenatore non ha mai vinto una partita in una fase finale. 

Quest'ultimo dato è in netto contrasto con i successi ottenuti soprattutto come allenatore di club. Beenhakker è stato un'icona come allenatore e una figura unica anche come giocatore dell'Ajax. 

L'Ajax augura ai parenti di Leo Beenhakker tanta forza per questa perdita.

Commenti

Post popolari in questo blog

Dalla periferia del continente al Grand Continent

Chi sono Augusto e Giorgio Perfetti, i fratelli nella Top 10 dei più ricchi d’Italia?

I 100 cattivi del calcio